maandag 28 maart 2011

Nog meer taaltraining

De taaltraining gaat verder. Vandaag zijn we begonnen met het schrijven en lezen van het alfabet. 
Ter illustratie een liedje dat we samen zongen en een aantal foto's uit Laos en van de dagelijkse lessen. 
We gaan ijverig door.

zondag 27 maart 2011

Traditionele Laotiaanse massage




Al voor ik wegging had ik van verschillende mensen het advies gekregen vooral eens de Laotiaanse massage te proberen. Nu heb ik me in Nederland nog nooit laten masseren en ik zag niet direct een reden om daar verandering in te brengen. Om wat af te koelen was ik op zoek geweest naar een zwembad en uiteindelijk had ik iets gevonden vrij dicht bij het huis waar we als vrijwilligers zijn ondergebracht. Bij een grote, moderne sportclub is een aardig zwembad, 15 meter lang en op zondagmorgen nog niet al te druk. Wel vrij duur, entree 32.000 Kip (ongeveer € 3, -), dat lijkt niet veel maar als vrijwilliger moet je rond zien te komen van ongeveer 80.000 Kip per dag. Een dagkaart voor het zwembad inclusief 1 uur gratis traditionele Laotiaanse massage komt op 64.000 Kip. Dat leek me wel te doen voor een keer en het is maar één keer per week weekend natuurlijk.
Ik was zondag al vroeg in het zwembad en om 12 uur meldde ik mij voor mijn massage. Ik werd naar een ruimte gebracht waar op de grond zes matrasjes lagen afgescheiden door gordijnen. Ik kreeg een soort bruin judo pak uitgereikt; “smal” werd erbij gegiecheld. Inderdaad was het jasje veel te krap dus dat maar uitgelaten. Even later verscheen mijn masseur, een verlegen jongeman en niet een van de jonge dames waar ik op gehoopt had, dat heb ik dan weer. Het begon met het dimmen van het licht. De masseur was aardig, maar zijn beheersing van het Engels bleek beperkt te zijn tot de woorden “turn” en “finished”. Ik moest kiezen uit twee potten crème, maar de keus heb ik maar aan hem gelaten, omdat ik geen idee van het verschil had. De massage begon bij de tenen van de linkervoet en via de linker arm en de rechterkant werden veel spieren en gewrichten goed onderhanden genomen. Ook de rug en het hoofd kwamen aan bod. Om de rug goed te kunnen bewerken, werd toch even het judojasje erbij gepakt. De behandeling was zeker niet onaangenaam en ik had de indruk dat ik in handen was van iemand die weet wat hij doet. Verschillende manipulaties hadden veel weg van de behandeling die ik in Nederland bij de fysiotherapeut heb mogen ondergaan.
Na een uurtje was het dus “finished” en ik wilde door de achteruitgang naar de kleedkamer gaan toen ik werd teruggeroepen. “Drinking tea” meldde een andere medewerker. En inderdaad stond er een kop kruidenthee op me te wachten. Mijn zondagmorgen was prettig besteed; ik denk niet dat ik nog veel behoefte aan herhaling zal hebben, maar wie weet. Ik begrijp dat er (bij sommigen van jullie) grote behoefte bestaat aan beeldmateriaal van deze belevenis. Tot mijn opluchting moet ik meedelen dat niets hiervan op de gevoelige plaat is vastgelegd, wat op zich al bijzonder mag heten want sommige van mijn internationale collega’s zijn bijna voortdurend bezig met de digitale camera en er worden grote hoeveelheden foto’s gemaakt. Niet allemaal even goed trouwens.

zaterdag 19 maart 2011

Het verkeer

Het VSO wagenpark








Als ik op mijn fiets door Vientiane rijdt, voel ik me redelijk op mijn gemak. Mijn fiets ervaring in Amsterdam komt we trouwens wel goed van pas. Het verkeersbeeld wordt beheerst door het grote aantal motorfietsen en bromfietsen. Toch zie je ook vrij veel grote auto’s, misschien meer dan je in een communistisch land zou verwachten. Toyota hilux in alle varianten overheerst, open, dicht met een laadbak, met twee rijen stoelen en allemaal mooi opgepoetst. Je ziet ook wel een grote Mercedes hier en daar. De wegen zijn heel breed over het algemeen, en het verkeer vrij rustig, er wordt niet overdreven hard gereden en je ziet weinig vrachtverkeer. Toch zijn er tijdens het spitsuur al heel wat opstoppingen, vooral bij de stoplichten. Bij ieder groot kruispunt staat een wachthuisje voor de verkeerspolitie. Bij zo’n opstopping gaan verkeersagenten alleen of met z’n tweeën op het kruispunt staan om met armgebaren en een schril gefluit het verkeer te regelen. ’s Avonds rijden is ook een bijzondere belevenis, onze fietsen hebben geen licht of bel en daar lijkt niemand zich druk om te maken. Ik heb besloten toch maar een paar lampjes aan te schaffen, maar ik kon de HEMA nog niet vinden. Veel auto’s hebben wel een bijzondere verlichting; ik heb al een paar keer gedacht dat er een blauw zwaailicht achter me aankwam. Dat zijn dat blauwe led-lampjes in de achteruitkijkspiegels of ergens anders aan de auto. Ook zie je fel blauwe of groene verlichting onder de auto’s.  Zou dat nog enig nut hebben? Je hoort wel veel over ongelukken en je ziet ook wel eens wat gebeuren, meestal met motorfietsen. 


Het verkeersgedrag is ook wel eens wat onberekenbaar. Het is hier niet vreemd om met de fiets, motor of zelfs de auto een stukje, of een wat langer stuk aan de verkeerde kant van de weg tegen het verkeer in te rijden. Wel verontrustend dat je merkt dat je al naar een paar weken geneigd ben om dat ook te gaan doen. Even draaien op de weg als er een klein gaatje is gebeurt  ook nogal eens. Vaak wordt er onverwacht snelheid verminderd, men is hier terughoudend in het opvullen van de kleine gaatjes. Voorrang is in hoge mate van toeval afhankelijk, je rijdt een rotonde of een kruispunt op en je rijdt door tot je merkt dat een ander ook het plan heeft om door te rijden, degene met het meeste fatsoen, of met het kwetsbaarste voertuig stopt dan maar even. Het blijft dus wel even oppassen, al heb ik me nog niet onveilig gevoeld op de fiets.

vrijdag 11 maart 2011

Laotiaans leren – hein pha sa lao

Deze week werd de meeste tijd gevuld door de Lao lessen. We maken aardige vorderingen maar we studeren dan ook 5 uur per dag, 3 ’s morgens en 2 ’s middags en dan worden we nog geacht  ’s avonds te studeren, maar daar komt niet echt veel van. Ik vind het wel heel positief dat er zoveel aandacht voor de taaltraining is want dat is echt wel de sleutel voor succes hier. We krijgen les van drie jonge studenten, die heel aardig en ijverig zijn. Op zich is het een sympathiek idee van VSO om studenten de kans te geven wat ervaring op te doen in het lesgeven, maar soms denk ik dat het prettiger zou zijn wat meer structuur in de lessen te hebben.

Er zijn wel een paar struikelblokken op de weg naar onze beheersing van de taal. De eerste is de soms nogal afwijkende uitspraak van het Engels door onze leraren. Ze zijn erg bescheiden en net als de meeste Lao spreken ze zachtjes. Bovendien zijn ze niet erg gewend aan het Engels praten. Een tweede punt is dat Lao een toontaal is waarbij de toonhoogte van bepaalde lettergrepen de betekenis bepaald. ‘Kai’ betekent zowel kip, als ei, als verkopen. Je spreekt het woord uit zoals je het hoort van de leerkracht, je wordt verbeterd, maar je hoort absoluut niet wat er anders is in de verbetering. Wel een beetje frustrerend, maar alle begin is moeilijk en er komt echt al verbetering in. We gebruiken een methode die door CUSO-VSO is ontwikkeld, op zich niets mis mee, maar Lao heeft zijn eigen schrift en er zijn geen regels voor het fonetisch weergeven van de woorden. Die verschilt dus van persoon tot persoon en kan soms tot nogal wat verwarring leiden. Het is leuk om een rondgang te maken langs de schriften van de studenten uit de verschillende landen en te zien hoe verschillend een woord kan worden genoteerd. Ik hoop maar dat ik geen Lao met een Indiaas accent ga spreken. Verder komen er nogal eens synoniemen in ons boek voor die niet als zodanig zijn benoemd wat voor ons tot verwarring leidt, die niet door de leraren wordt begrepen. ‘Means the same’ toch? Onduidelijkheid over de precieze betekenis van een woord kan ook tot uitgebreide discussie tussen de leerkrachten onderling leiden, wat ons dan weer even tijd geeft om op adem te komen. Een laatste struikelblokje zijn de ventilatoren die gelukkig voor en beetje verkoeling zorgen, maar die ook veroorzaken dat je met een zekere regelmaat al je handen en woordenboeken nodig hebt om je papieren in bedwang te houden. Ik heb vanmorgen geprobeerd een en ander in een kort filmpje vast te leggen. Al met al dus een hele operatie, maar ik kan me op de markt al heel aardig redden bij het inkopen doen en ik ben ervan overtuigd dat ik veel profijt van deze lessen ga hebben.

woensdag 9 maart 2011

Straatverkoop



Langs alle straten van Vientiane is van alles te koop. Er is een enorme variëteit aan eetstalletjes waar van alles ter plekke wordt klaargemaakt. Je ziet hele varkens aan het spit en natuurlijk kip. Toch heb ik de indruk dat er ook heel veel groente en fruit wordt gegeten. Er zijn heel veel verschillende groene groentes en kruiden te koop, maar ook bloemkool en aubergine. Overal zijn ook veel verschillende soorten fruit te krijgen. Appels, mango's, papaja's, dragonfruit, ananas, watermeloen en nog veel meer. Soms wordt een open bestelauto volgeladen met mango's of bananen, een bordje met de kilo prijs erbij ( 6.000 KIP = € 0,50) en een verkoopster erbij om de auto leeg te verkopen. Opvallend is ook dat er betrekkelijk veel bloemen en plantenwinkels zijn. Bijna bij ieder huis vind je een verzameling potplanten die goed worden bijgehouden. Voor het huis waar we met alle "volunteers" wonen heb ik die taak maar opgenomen. Bij de bloemenwinkels valt op dat ze grote 'graf'kransen verkopen. Bij navraag bleek dat deze kransen gebruikt worden bij afscheidsfeesten als iemand voor korte of langere tijd vertrekt.

Op bepaalde dagen worden bloemen decoraties verkocht op heel kleine verkoopstalletjes of bakfietsjes en dan zie je die stalletjes weer een paar dagen niet. Deze decoraties worden gemaakt van opgerold bananenblad en b.v. Afrikaantjes en zijn bedoeld zijn als offertjes bij de tempel of de kleine huisaltaartjes die je overal ziet. We kwamen ook zo'n altaartje tegen op de tweede verdieping van het monument voor revolutie. Een mooi voorbeeld hoe Lao allerlei religieuze en politieke gebruiken weten te vermengen. Leuk ook om te zien dat er fruit en flesjes Pepsi (Coka cola zie je bijna nergens) met een rietje erin worden geofferd en ik heb zelfs een paar keer een fles BeerLao gezien.
Er zijn een paar heel grote markten in de stad. De grootste wordt 'Morningmarket' genoemd. Het is een enorm complex met verschillende verdiepingen waar heel veel lokaal gemaakte stoffen worden verkocht. Heel mooi. Maar er zijn ook hele afdelingen voor sierraden van imitatie goud en heel veel telefoonverkopers. Je ziet een enkele toerist, maar het grootste deel van de bezoekers is toch Lao. Ik heb voor 50.000 Kip (ongeveer € 5,-) een heel behoorlijke handdoek, made in Thailand, gekocht. Als je op de begane grond op de 'food'afdeling komt, valt er heel veel te zien. Ik vertelde al over de grote verscheidenheid aan kruiden en groentes, dat is daar werkelijk ongelooflijk, er is van alles te krijgen. Ook vis en gevogelte is er volop. Zelfs zag ik verse kokkels en die moeten toch uit Vietnam of Thailand komen. De vis wordt vaak levend verkocht. Ik zag hele grote karpers en meervallen in een teiltje, maar ook teilen vol levende kikkers waar de klanten ijverig en handig de kikkers uit vangen om ze in een plastic zakje te doen. Alles gaat hier in een plastic zakje, tot en met bijna kokende soep en dat wordt dan dichtgemaakt met een elastiekje. Ik heb nog niet gezien dat daar iets mee mis ging. De verzameling plastic zakjes die we in een week in de keuken hebben van groot tot heel klein, is indrukwekkend. Een product dat ook nog vermeldenswaard is zijn de bebroede eendeneieren. De boven en de onderkant worden een beetje open gepeld zodat je het kuiken goed kan zien en dan wordt er een stokje doorgestoken. Je koopt er drie tegelijk en ze worden als een lolly gegeten. Waarom zou je wel het ei en de eend eten en niet de fase ertussen in?

donderdag 3 maart 2011

Telefoon



In deze tijd van wereldwijde communicatie is een van de eerste zaken die je geregeld wil hebben een goede telefoon verbinding. Goed voorbereid als ik was had ik in Amersfoort al een sim Lock vrije telefoon gekocht en in Vientiane was een eerste gang naar een winkeltje waar ze telefoonkaarten verkopen. Daar zijn er duizenden van hier, telefonie moet echt een substantieel deel van de economie uitmaken. Ik betaalde 50.000 Kip voor een kaart met nummer en een beltegoed van 10.000 Kip. Dat leek me geen slechte deal, tot de Keniaanse vrijwilligster, Nellie, in een volgende winkel 10.000 Kip betaalde voor dezelfde kaart.
De kaart was snel genoeg geïnstalleerd en telefoonnummers met de andere vrijwilligers uitgewisseld. Even de Nederlandse telefoonnummers overnemen van de andere kaart en het eerste telefoontje naar Felice kon gepleegd. Dat ging goed, alleen bleek tijdens het gesprek met Thij dat de 50.000 Kip beltegoed (iets minder dan € 5) al heel snel op was en midden in het gesprek werd de verbinding verbroken.
Geen nood, even bellen met het informatie nummer om te vragen naar sms service. Geen verbinding. Volgende morgen nogmaals geprobeerd, omdat ik sms-jes stuurde, maar geen antwoord kreeg. Een beetje een Joep van 't Hek ervaring. Eerst doorverbonden met de Engelse sectie, toen in de wacht en aan het eind bleek er geen klantenservice beschikbaar. En dat twee keer. Op kantoor nagevraagd en een bezoek gebracht aan het hoofdkantoor van de provider (ETL een staatsbedrijf dat in het Zuiden de beste dekking heeft.), een kwartiertje op de fiets. Daar werden we vorstelijk ontvangen in een wachtruimte met airco. De wachtstoelen in een vierkant in het midden en langs de wanden bureaus met service medewerkers. Banken zijn ook zo ingericht geld wisselen is een fluitje van een cent hier, zonder een spoortje bureaucratie. We werden geholpen daar een mooie dame, die wat met de telefoon rommelde en ons een telefoonnummer gaf van de technische vrouw. Hierop volgde een uitgebreide sms uitwisseling over de landen en telefoonnummers die me hebben geprobeerd te sms-en. Het is een prettig contact, maar het heeft nog niet tot resultaat geleid. Ik kan sms-en, maar nog niets ontvangen. Ik ben benieuwd of dat nog gaat lukken uiteindelijk.
De eerste week is ten einde, we gaan zo met de staf en nieuwe vrijwilligers de week afsluiten met een gezamenlijke lunch. We hebben introducties gehad over de projecten waar we gaan werken, hoe er gerapporteerd moet worden, de medische situatie en we hebben een beetje rondgekeken in Vientiane en geleerd voor onszelf te zorgen. Ze hebben hier overal goed brood. Waarschijnlijk een rest van de Franse tijd. Je kunt dus op straat verse baguettes kopen. We hebben samen gekookt, gister een lekkere Indiase curry. Somnath, de Indiase vrijwilliger, heeft zelfs een hogedrukpan meegenomen. Ik heb me een beetje ontfermd over de verdroogde potplanten bij het huis. Wat water regelmatig maakt al een heel verschil. Hier nog wat foto's van de activiteiten in het VSO office. Volgende keer wat meer over de Lao lessen.

Een voorbeeldig klasje.
Vlnr Suzan, José-Marie, Nellie, Somnath, Milena en Khamla.

VSO kanoor; Khamla en Somnath.