De taaltraining gaat verder. Vandaag zijn we begonnen met het schrijven en lezen van het alfabet.
Ter illustratie een liedje dat we samen zongen en een aantal foto's uit Laos en van de dagelijkse lessen.
We gaan ijverig door.
Ik was zondag al vroeg in het zwembad en om 12 uur meldde ik mij voor mijn massage. Ik werd naar een ruimte gebracht waar op de grond zes matrasjes lagen afgescheiden door gordijnen. Ik kreeg een soort bruin judo pak uitgereikt; “smal” werd erbij gegiecheld. Inderdaad was het jasje veel te krap dus dat maar uitgelaten. Even later verscheen mijn masseur, een verlegen jongeman en niet een van de jonge dames waar ik op gehoopt had, dat heb ik dan weer. Het begon met het dimmen van het licht. De masseur was aardig, maar zijn beheersing van het Engels bleek beperkt te zijn tot de woorden “turn” en “finished”. Ik moest kiezen uit twee potten crème, maar de keus heb ik maar aan hem gelaten, omdat ik geen idee van het verschil had. De massage begon bij de tenen van de linkervoet en via de linker arm en de rechterkant werden veel spieren en gewrichten goed onderhanden genomen. Ook de rug en het hoofd kwamen aan bod. Om de rug goed te kunnen bewerken, werd toch even het judojasje erbij gepakt. De behandeling was zeker niet onaangenaam en ik had de indruk dat ik in handen was van iemand die weet wat hij doet. Verschillende manipulaties hadden veel weg van de behandeling die ik in Nederland bij de fysiotherapeut heb mogen ondergaan.
Na een uurtje was het dus “finished” en ik wilde door de achteruitgang naar de kleedkamer gaan toen ik werd teruggeroepen. “Drinking tea” meldde een andere medewerker. En inderdaad stond er een kop kruidenthee op me te wachten. Mijn zondagmorgen was prettig besteed; ik denk niet dat ik nog veel behoefte aan herhaling zal hebben, maar wie weet. Ik begrijp dat er (bij sommigen van jullie) grote behoefte bestaat aan beeldmateriaal van deze belevenis. Tot mijn opluchting moet ik meedelen dat niets hiervan op de gevoelige plaat is vastgelegd, wat op zich al bijzonder mag heten want sommige van mijn internationale collega’s zijn bijna voortdurend bezig met de digitale camera en er worden grote hoeveelheden foto’s gemaakt. Niet allemaal even goed trouwens.![]() |
| Het VSO wagenpark |
Als ik op mijn fiets door Vientiane rijdt, voel ik me redelijk op mijn gemak. Mijn fiets ervaring in Amsterdam komt we trouwens wel goed van pas. Het verkeersbeeld wordt beheerst door het grote aantal motorfietsen en bromfietsen. Toch zie je ook vrij veel grote auto’s, misschien meer dan je in een communistisch land zou verwachten. Toyota hilux in alle varianten overheerst, open, dicht met een laadbak, met twee rijen stoelen en allemaal mooi opgepoetst. Je ziet ook wel een grote Mercedes hier en daar. De wegen zijn heel breed over het algemeen, en het verkeer vrij rustig, er wordt niet overdreven hard gereden en je ziet weinig vrachtverkeer. Toch zijn er tijdens het spitsuur al heel wat opstoppingen, vooral bij de stoplichten. Bij ieder groot kruispunt staat een wachthuisje voor de verkeerspolitie. Bij zo’n opstopping gaan verkeersagenten alleen of met z’n tweeën op het kruispunt staan om met armgebaren en een schril gefluit het verkeer te regelen. ’s Avonds rijden is ook een bijzondere belevenis, onze fietsen hebben geen licht of bel en daar lijkt niemand zich druk om te maken. Ik heb besloten toch maar een paar lampjes aan te schaffen, maar ik kon de HEMA nog niet vinden. Veel auto’s hebben wel een bijzondere verlichting; ik heb al een paar keer gedacht dat er een blauw zwaailicht achter me aankwam. Dat zijn dat blauwe led-lampjes in de achteruitkijkspiegels of ergens anders aan de auto. Ook zie je fel blauwe of groene verlichting onder de auto’s. Zou dat nog enig nut hebben? Je hoort wel veel over ongelukken en je ziet ook wel eens wat gebeuren, meestal met motorfietsen. Deze week werd de meeste tijd gevuld door de Lao lessen. We maken aardige vorderingen maar we studeren dan ook 5 uur per dag, 3 ’s morgens en 2 ’s middags en dan worden we nog geacht ’s avonds te studeren, maar daar komt niet echt veel van. Ik vind het wel heel positief dat er zoveel aandacht voor de taaltraining is want dat is echt wel de sleutel voor succes hier. We krijgen les van drie jonge studenten, die heel aardig en ijverig zijn. Op zich is het een sympathiek idee van VSO om studenten de kans te geven wat ervaring op te doen in het lesgeven, maar soms denk ik dat het prettiger zou zijn wat meer structuur in de lessen te hebben.
Er zijn wel een paar struikelblokken op de weg naar onze beheersing van de taal. De eerste is de soms nogal afwijkende uitspraak van het Engels door onze leraren. Ze zijn erg bescheiden en net als de meeste Lao spreken ze zachtjes. Bovendien zijn ze niet erg gewend aan het Engels praten. Een tweede punt is dat Lao een toontaal is waarbij de toonhoogte van bepaalde lettergrepen de betekenis bepaald. ‘Kai’ betekent zowel kip, als ei, als verkopen. Je spreekt het woord uit zoals je het hoort van de leerkracht, je wordt verbeterd, maar je hoort absoluut niet wat er anders is in de verbetering. Wel een beetje frustrerend, maar alle begin is moeilijk en er komt echt al verbetering in. We gebruiken een methode die door CUSO-VSO is ontwikkeld, op zich niets mis mee, maar Lao heeft zijn eigen schrift en er zijn geen regels voor het fonetisch weergeven van de woorden. Die verschilt dus van persoon tot persoon en kan soms tot nogal wat verwarring leiden. Het is leuk om een rondgang te maken langs de schriften van de studenten uit de verschillende landen en te zien hoe verschillend een woord kan worden genoteerd. Ik hoop maar dat ik geen Lao met een Indiaas accent ga spreken. Verder komen er nogal eens synoniemen in ons boek voor die niet als zodanig zijn benoemd wat voor ons tot verwarring leidt, die niet door de leraren wordt begrepen. ‘Means the same’ toch? Onduidelijkheid over de precieze betekenis van een woord kan ook tot uitgebreide discussie tussen de leerkrachten onderling leiden, wat ons dan weer even tijd geeft om op adem te komen. Een laatste struikelblokje zijn de ventilatoren die gelukkig voor en beetje verkoeling zorgen, maar die ook veroorzaken dat je met een zekere regelmaat al je handen en woordenboeken nodig hebt om je papieren in bedwang te houden. Ik heb vanmorgen geprobeerd een en ander in een kort filmpje vast te leggen. Al met al dus een hele operatie, maar ik kan me op de markt al heel aardig redden bij het inkopen doen en ik ben ervan overtuigd dat ik veel profijt van deze lessen ga hebben.
Langs alle straten van Vientiane is van alles te koop. Er is een enorme variëteit aan eetstalletjes waar van alles ter plekke wordt klaargemaakt. Je ziet hele varkens aan het spit en natuurlijk kip. Toch heb ik de indruk dat er ook heel veel groente en fruit wordt gegeten. Er zijn heel veel verschillende groene groentes en kruiden te koop, maar ook bloemkool en aubergine. Overal zijn ook veel verschillende soorten fruit te krijgen. Appels, mango's, papaja's, dragonfruit, ananas, watermeloen en nog veel meer. Soms wordt een open bestelauto volgeladen met mango's of bananen, een bordje met de kilo prijs erbij ( 6.000 KIP = € 0,50) en een verkoopster erbij om de auto leeg te verkopen. Opvallend is ook dat er betrekkelijk veel bloemen en plantenwinkels zijn. Bijna bij ieder huis vind je een verzameling potplanten die goed worden bijgehouden. Voor het huis waar we met alle "volunteers" wonen heb ik die taak maar opgenomen. Bij de bloemenwinkels valt op dat ze grote 'graf'kransen verkopen. Bij navraag bleek dat deze kransen gebruikt worden bij afscheidsfeesten als iemand voor korte of langere tijd vertrekt.
Er zijn een paar heel grote markten in de stad. De grootste wordt 'Morningmarket' genoemd. Het is een enorm complex met verschillende verdiepingen waar heel veel lokaal gemaakte stoffen worden verkocht. Heel mooi. Maar er zijn ook hele afdelingen voor sierraden van imitatie goud en heel veel telefoonverkopers. Je ziet een enkele toerist, maar het grootste deel van de bezoekers is toch Lao. Ik heb voor 50.000 Kip (ongeveer € 5,-) een heel behoorlijke handdoek, made in Thailand, gekocht. Als je op de begane grond op de 'food'afdeling komt, valt er heel veel te zien. Ik vertelde al over de grote verscheidenheid aan kruiden en groentes, dat is daar werkelijk ongelooflijk, er is van alles te krijgen. Ook vis en gevogelte is er volop. Zelfs zag ik verse kokkels en die moeten toch uit Vietnam of Thailand komen. De vis wordt vaak levend verkocht. Ik zag hele grote karpers en meervallen in een teiltje, maar ook teilen vol levende kikkers waar de klanten ijverig en handig de kikkers uit vangen om ze in een plastic zakje te doen. Alles gaat hier in een plastic zakje, tot en met bijna kokende soep en dat wordt dan dichtgemaakt met een elastiekje. Ik heb nog niet gezien dat daar iets mee mis ging. De verzameling plastic zakjes die we in een week in de keuken hebben van groot tot heel klein, is indrukwekkend. Een product dat ook nog vermeldenswaard is zijn de bebroede eendeneieren. De boven en de onderkant worden een beetje open gepeld zodat je het kuiken goed kan zien en dan wordt er een stokje doorgestoken. Je koopt er drie tegelijk en ze worden als een lolly gegeten. Waarom zou je wel het ei en de eend eten en niet de fase ertussen in?![]() |
| Een voorbeeldig klasje. Vlnr Suzan, José-Marie, Nellie, Somnath, Milena en Khamla. |
![]() |
| VSO kanoor; Khamla en Somnath. |